Jan Everink Site

Home Email



In de Hindoe-tempel worden offergaven neergelegd bij verschillende beelden, die aspecten van de ene God, Brahman, voorstellen. Foto: Shri Sanatan Dharm Dew Mandir, Den Haag

Hindoeïsme: een duizenden jaren oude weg naar geestelijke vrijheid

door Jan Everink

1997

Veel meer dan andere wereldreligies is het Hindoeïsme behalve een ethisch systeem ook een uitgestippelde route tot zelfrealisatie. De meeste hedendaagse methodes voor geestelijke bewustwording vinden hun oorsprong dan ook in de Veda's, de verzameling heilige boeken van de Hindoe-leer.
Volgens de leer van het Hindoeïsme is de grootste vijand van de mens zijn eigen verstand. In plaats van doelgericht de problemen van het leven tegemoet te treden en tot een oplossing te brengen laat het menselijk denkvermogen zich veelal gemakkelijk afleiden en op een dwaalspoor brengen.
Door een ethische levenswijze en door mentale oefeningen tracht de naar spirituele vrijheid zoekende Hindoe controle te verwerven over zijn denkprocessen, om zo de onbegrensde mogelijkheden van zijn hogere ik te ontdekken en te realiseren.


Doelbewust leven

De oudst bekende geschriften van India, en in feite van de mensheid, zijn de Veda's. Schattingen spreken over een ouderdom van 8000 jaar, en volgens sommige geleerden bestaat een aantal van deze uitgebreide verzameling heilige teksten zelfs nog langer.
Het gedeelte waarin de filosofische inzichten worden beschreven, de Upanishads, is echter relatief jong. Dit deel werd 3000 tot 5000 jaar geleden op schrift gesteld. In de Upanishads worden de metafysische achtergronden van het Hindoe-pad naar geestelijke bevrijding in bloemrijke bewoordingen uiteengezet.

Dit pad bestaat vooral daaruit dat de chaotische maalstroom van gedachten tot zwijgen wordt gebracht, en dat er een doelgerichte denkkracht voor in de plaats komt. Omdat doelbewustheid zo belangrijk is onderscheidt het Hindoeïsme vier soorten strevingen in de mens, die alle kunnen helpen om weer doelgericht in het leven te staan. Deze vier fundamentele intenties zijn: plezier, succes, plicht en zelfrealisatie. Ieder mens heeft zijn eigen sterke verlangens en strevingen en deze kunnen meestal in één van deze vier categorieën worden thuisgebracht. Elk van deze categorieën kan worden beschouwd als een niveau van geestelijke ontwikkeling.

Volgens de Hindoe-leer zal iemands verlangen zich pas ten volle op een hoger niveau kenbaar maken nadat hij of zij de beperkingen van het lagere niveau werkelijk heeft ondervonden. Daarom wordt een levensgenieter niet streng aangemaand tot een meer serieuze attitude, doch aangeraden zo rationeel mogelijk, maar wel op ethische wijze, de plezierige dingen in het leven binnen zijn bereik te brengen.


Plezier en succes niet afwijzen

In tegenstelling tot wat in het Westen vaak wordt gedacht zegt het Hindoeïsme niet dat iemand die naar geestelijke bevrijding zoekt moet afzien van alle lichamelijke genietingen. Een hedonistische levenswijze wordt niet principieel afgekeurd, en daarom kan de Hindoe-gelovige vaak veel meer van het leven genieten dan veel Westerlingen, die bij elk pleziertje het gevoel hebben iets zondigs te doen.

Prof. Huston Smith schrijft in zijn bijzonder informatieve boek "The Religions of Man": "Verre van het plezier af te keuren vloeien de Hindoe-teksten over van aanwijzingen hoe men het zoveel mogelijk kan doen toenemen."
De Westerse mens is doorgaans zo druk bezig met het najagen van succes dat er voor plezier in het leven nauwelijks tijd overblijft. Plezier hebben betekent in het Westen vaak "uit de band springen", waarbij matigheid en fatsoen uit het oog worden verloren, met als gevolg dat het plezier al gauw in zijn tegendeel verkeert. Bij de Hindoe daarentegen gaat een hedonistische levenswijze nooit ten koste van zijn religieuze ethiek, zoals die onder meer tot uiting komt in verschillende gebruiken en plichten.

Tot deze plichten behoren bijvoorbeeld het dagelijks opzeggen van bepaalde gebeden, het lezen van religieuze teksten, het uitvoeren van bepaalde ceremoniën, een gastvrije bejegening van bezoekers, en zorg voor ouders en ouderen. Ook schrijft de Hindoe-religie voor dat geen onnodig leed of schade wordt berokkend aan dieren en planten.

Hoewel het Hindoeïsme de houding van levensgenieter niet afkeurt wordt gewezen op het onvermijdelijke moment dat het najagen van plezier niet meer weet te boeien. Dit moment komt sneller dan men denkt, en dan vraagt het Hindoeïsme aandacht voor de tweede categorie doelstellingen die de geest kunnen helpen doelgericht te worden: het op eerlijke wijze streven naar materieel succes, naar rijkdom, roem en/of macht. Maar ook dit streven naar materiële voorspoed, dat voor de Westerse mens zo herkenbaar is, zal op langere termijn geen voldoening schenken. Wie zijn materiële doelen weet te bereiken zal steeds vaker merken dat zijn levensgeluk daarmee niet evenredig toeneemt. Hij of zij zal zich opnieuw gaan vervelen en naar een beter levensdoel gaan zoeken.


Plichtsbetrachting

Zodra de gelovige Hindoe heeft vastgesteld dat lichamelijke genietingen en materieel succes als zingeving uiteindelijk zeer gelimiteerd zijn staat hij of zij open voor de ontdekking van een veel belangrijker motiverende kracht: de plicht. Hij kan dan besluiten zijn leven in dienst te stellen van de medemens. Door zichzelf onbaatzuchtig in te zetten voor zijn gezin, zijn buurt, zijn bedrijf, zijn land, de mensheid, en ten slotte het gehele universum zal het chaotische denken tot zwijgen worden gebracht en zal de wijsheid van Atman, van zijn hogere zelf, hem steeds moeiteloos doen inzien hoe hij moet handelen.

Plichtsbetrachting is voor de Hindoe dus niet slechts een ethisch gebod, doch tevens een hulpmiddel om de geest doelgericht te maken. Want doelgerichtheid is een conditio sine qua non voor het bereiken van geestelijke vrijheid, zegt de Hindoe-leer. Wie geen enkel doel nastreeft zal nooit beseffen hoe zijn verstand hem heel vaak verkeerd adviseert. Door in plaats van de relevante problemen aan te pakken steeds af te dwalen leidt het ongedisciplineerde verstand tot pijn in plaats van plezier, tot machteloosheid in plaats van succes, tot chaos in plaats van geluk.

Dit belangrijke inzicht groeit alleen bij een doelgerichte levenshouding, en daarom kan alleen vanuit een dergelijke attitude het intense verlangen opwellen tot rigoureuze verbetering van het denken. Als dat verlangen sterk genoeg is zal de Hindoe regelmatig door middel van raja yoga, een zeer oud systeem van mentale oefeningen, trachten het denken eerst stil en daarna beheersbaar te maken.

Door dat te doen breekt tevens het inzicht door dat er nog een veel hoger doel mogelijk is, een ideaal dat nog vele malen sterker weet te motiveren dan plichtsbetrachting.


Samadhi

Deze uiteindelijke doelstelling is de volkomen realisatie van het hogere ik, een staat die door de Hindoe wordt aangeduid als Samadhi. Het is de ultieme geestelijke bevrijding, de versmelting van de individuele ziel met God, ofwel de éénwording van Atman met Brahman. De Hindoe die tot het inzicht is gekomen dat dit het uiteindelijke doel is waartoe al het voorgaande slechts voorbereidingen waren, zal zijn hele leven inrichten om dit ene doel te bereiken.

Het mysterie dat doorgrond moet worden is dat Atman, de individuele ziel, niet wezenlijk verschilt van Brahman, van de alwetende en almachtige God, die alle ruimte en tijd te boven gaat. De Mundaka Upanishad zegt over Brahman: "Het Eeuwigdurende is zonder vorm, zonder geboorte, zonder adem, zonder gedachte, het is boven alles, buiten alles, binnen in alles."

Raja yoga brengt discipline in de gedachtenwereld, en daardoor hoopt de gelovige Hindoe tenslotte volkomen te gaan begrijpen dat er geen afstand is tussen hemzelf en God, tussen Atman en Brahman.

Vaak wordt gemeend dat het met gesloten ogen in de lotushouding zitten het wezenlijke van raja yoga is. In werkelijkheid is de lichaamshouding slechts van ondergeschikt belang, en gaat het veel meer om het bereiken en handhaven van "mentale stilte", een toestand van ontspannen geestelijke alertheid. Dergelijke geestelijke ontspanning kan ten slotte leiden tot de zozeer begeerde spirituele staat van volkomen begrip en vrijheid die Samadhi wordt genoemd.

Naast raja yoga zijn er nog drie andere wegen om het denken te zuiveren van vooroordelen, chaotische sprongen en irrelevante gedachten. Deze drie routes, die eigenlijk drie manieren van leven zijn, worden aangeduid als jnana yoga, bhakti yoga en karma yoga. Deze levenswijzen komen overeen met de drie belangrijke karaktertypen die bij mensen worden aangetroffen. Jnana yoga is het meest geschikt voor intellectuelen, bhakti yoga voor emotioneel geaarde mensen, en karma yoga voor zeer actieve mensen. Alledrie wegen leiden naar het inzicht dat het beperkte lichamelijke ik onbelangrijk is en plaats moet maken voor het hogere ik, ofwel Atman, een oneindig krachtig en begrijpend wezen dat kan beschikken over alle herinneringen van vele vroegere incarnaties.


Ethische levenswijze

De vier wegen naar Samadhi dienen volgens de Hindoe-leer aanvankelijk alle bewandeld te worden, waarna blijkt dat één ervan het beste bij iemands karakter past. Deze keuze-vrijheid in geloofszaken is typerend voor de Hindoe-religie. Ook ten opzichte van andere godsdiensten wordt een grote tolerantie en zelfs waardering tentoongespreid. Zoals men bij het beklimmen van een berg op veel plaatsen aan de voet kan beginnen, terwijl er ten slotte toch slechts één top te bereiken is, zo kunnen verschillende religies naar de ene waarheid leiden, zegt de Hindoe-leer.

Ook vandaag de dag putten miljoenen Hindoes dagelijks hoop uit de duizenden jaren oude wijsheid van de Veda's. In Nederland wonen naar schatting 130.000 Hindoes, waarvan er vele in de periode 1965 tot 1985 vanuit Suriname naar ons land kwamen. Deze mensen zijn veelal nakomelingen van de Calcatia's, Hindoes die aan het eind van de vorige eeuw en het begin van deze eeuw vanuit Calcutta in India naar het Caraïbische gebied trokken. Overeenkomstig hun filosofische en ethische principes hechten de Nederlandse Hindoes veel waarde aan de groei van grotere verdraagzaamheid tussen de verschillende culturele en geestelijke stromingen in ons land. Het ideaal van de multiculturele samenleving ligt hen na aan het hart.

Het Hindoeïsme heeft een buitengewoon rijke traditie op het gebied van religieuze gebruiken en ceremoniën. Wie echter zonder enige kennis over de filosofische achtergronden van deze erediensten in de Hindoe-tempels, ofwel Mandirs, waarvan er ook diverse in Nederland zijn, getuige is zal de diepere zin ervan waarschijnlijk niet onmiddellijk vatten. Ook de luisterrijke gewijde handelingen en gebruiken in de huiselijke omgeving zeggen zonder toelichting weinig over de boeiende en leerzame metafysische achtergronden van het Hindoeïsme. Naar aanleiding van de eerbewijzen die worden gebracht aan de verschillende Goddelijke personages en symbolen wordt bijvoorbeeld wel eens beweerd dat het Hindoeïsme een polytheïstische godsdienst is. Ten onrechte, want elk van deze voorstellingen betreft slechts een bepaald aspect van Brahman, van de Ene Al-omvattende God, van wie men zich geen voorstelling kan maken.


Copyright © 1997 by Jan Everink